en weer terug in Colombia

12 januari 2012 - Cartagena, Colombia

Paraguaná, een schiereiland en het meest noordelijk puntje van Venezuela. We vinden het er prettig en hebben er gedurende ons verblijf veel gastvrijheid ervaren en vriendschappen aan overgehouden. Het is moeilijk om te gaan maar vanwege ons reisplan (vóór de regentijd aanbreekt in Brits Guyana aankomen en voldoende tijd hebben om nog veel van Venezuela te zien) gaan we verder. Maar eerst  een rondje door het noorden van Colombia en dus rijden we richting de grens. Het is weer even wennen na ruim vijf weken aan het strand en tegen de avond en zo’n twintig kilometer vóór de grens kijken we elkaar aan…waar zullen we eens kamperen vannacht? Plotseling zien we aan de linkerkant van de weg iets wat op een wijngaard lijkt. Hé, wijngaarden in Venezuela?? We keren om, gaan eens kijken en zien tot onze verbazing een enorm terrein met wijnranken die vol hangen met trossen druiven. We maken een praatje met de eigenaar, hij heeft nog acht broers en met zijn negenen  runnen ze het bedrijf. Het is geen staatsbedrijf maar gewoon een privébedrijf en er wordt geen wijndruif geproduceerd maar tafeldruiven. ‘Mogen we hier een nachtje blijven staan?’, vragen wij en leggen ons “veiligheidsprobleem” zo vlak bij de grens uit. De man kijkt ons lang en zwijgend aan en reageert dan met een vette knipoog …natuurlijk, geen enkel probleem. De volgende morgen staat een buurvrouw klaar met een kopje koffie en met de baas spreken we af op dat we op de terugweg weer langskomen.

Om half tien staan we bij de grens aan de Venezolaanse kant. Er heerst vanwege de kerstvakantie een enorme drukte aan beide kanten én zijn er weer hele hordes dagjesmensen uit Colombia die goedkope benzine komen halen. We sluiten achter aan de hele lange rij en al snel komt er een mannetje naar ons toe… Ik kan ervoor zorgen dat jullie héél snel aan de beurt zijn, zo fluistert hij…. Het lijkt de gewoonste zaak van de wereld om zo’n ritselaartje je paspoort en wat geld te geven. Vervolgens gaat deze ermee via de achterdeur het immigratiekantoor binnen, geeft een deel van het geld aan de corrupte ambtenaar en binnen tien minuten heb je dan je paspoort mét stempel terug. We zien heel veel mensen geld en paspoort afgeven en  worden in de verleiding gebracht maar weigeren eraan mee te doen. Dus staan we in de rij en duurt het twee uur voordat we aan het loket staan voor een stempel. Het loket is een raam met een héél klein gaatje erin, we schuiven onze paspoorten erdoor richting de ambtenaar die vervolgens zonder wat te zeggen, laat staan stempelen, de paspoorten onze richting opgooit. Hij schreeuwt “iets” in onze richting en we horen van anderen dat we een of ander papiertje nodig hebben. Omdat dat papiertje al gewoon in ons paspoort zit  gooien we ons paspoort weer terug richting de man. En dit tot drie keer toe, wat een eikel is die vent! Hij weigert om te stempelen maar wij weigeren om de rij te verlaten. Op het moment dat er wat rumoer vanuit de rij achter ons ontstaat zet hij met een klap twee stempels en gooit de paspoorten onze richting uit. Wij kunnen het niet laten om te vragen of zijn gedrag te maken heeft met onze weigering een stempel “te kopen”. Als blikken konden doden……

Dan Colombia, deze rij is nog véél langer en ook hier ritselaars die het stempelen snel voor je in orde kunnen maken. Alleen  betaal je er ongeveer 25 dollar per paspoort voor en zijn er maar weinig mensen die dat ervoor over hebben. Het verklaart de enorme rij en zuchtend sluiten we ons aan. Na drie uur buiten in de hitte staan (35 graden) kunnen we eindelijk het kantoor in….dan nog maar dertig stoeltjes voordat we aan de beurt zijn. Iedereen is blij om even te kunnen zitten en er wordt gezellig gekwebbeld totdat een ambtenaar zijn kantoortje uitstormt en ons een geweldige preek geeft. Hoe kan hij nu werken wanneer wij zo’n herrie maken…iedereen moet zitten en zijn mond houden en daarmee basta en …….we zijn hier niet in Venezuela, voegt hij er boos aan toe! Nou, de verhouding tussen beide landen is ons  wel duidelijk geworden. Pff nu nog naar de douane, ook hier weer lange rijen, een tergend langzaam werkende ambtenaar, 3x heen en weer lopen naar een winkel om kopieën te maken(kunnen ze niet meteen zeggen waar ze allemaal kopieën van willen?), met carbonpapier afdrukken maken van de chassisnummers van de auto en de motor(door een mannetje die dit als enige taak heeft en graag wat geld van ons wil omdat onze auto zo ver van het kantoor staat en die we natuurlijk ook geen cent geven), en na weer wat papierwerk ook nog een paar foto’s maken ……  en dan eindelijk, zeven uur later(!), zijn we weer in Colombia. En wat een enorm verschil weer, geen wrakken op de weg maar veel  nieuwe auto’s .

We rijden naar Riohacha,een leuk stadje aan de rand van het schiereiland La Guajira, dat het noordelijkst gelegen deel van Zuid-Amerika is en thuishaven van de Wayuu indianen. Gelukkig hoeven we hier niet meer bij militaire of politieposten te overnachten maar staan drie dagen aan de gezellige boulevard, direct aan het strand. Op een middag staat er een grote auto met van die zwarte ramen (waardoor je niet ziet wie erin zit) achter die van ons geparkeerd. Drie jonge knullen stappen uit en blijven een half uur lang tegen de auto geleund staan kijken. Wij beginnen er net een beetje onrustig van te worden wanneer één van hen aanklopt. Het blijken studenten; communicatie en medicijnen, 20, 21 en 16 jaar jong.  Ze willen met ons praten over de reis en dat doen we, twee uur lang.  Als dank rijden zij ons rond Riohacha op zoek naar smeervet en gas. Aardige knullen.

We volgen de kustroute richting Cartagena, een tropische omgeving en prachtige stranden. Het is jammer dat je nauwelijks bij de stranden kunt komen. Elke afslag die we proberen stuit op een hotel, resort of camping. Ook van wat we ervan hebben gehoord; het mooiste park van Colombia; NP Tayrona komen (en willen) we niet in. Bij de ingang staat een file van een paar kilometer en de entreeprijs vinden we buitenproportioneel hoog. (en  vijf keer zoveel dan de Colombianen). We gaan wel even kijken bij een andere lokale attractie. Een mini vulkaan met een minikrater waar geen lava maar modder uitkomt. Vanwege de heilzame werking(?) komen  veel Colombianen er een modderbad nemen. Het is een leuk gezicht, al die zware modderige lijven.

 We hebben Joop beloofd een oude bekende van hem de groeten over te brengen. In Santa Marta, aan de kust, zoeken en vinden we Ben. Ben is ook oud Marineman, heeft lang op Aruba gewoond maar runt al een aantal jaar een restaurant in Santa Marta. We doen hem de groeten van Joop en ondanks de drukte zitten we nog twee uur lang te praten. Want, zo vindt Ben.. er komen niet elke dag Nederlanders langs.

En dan Cartagena, we staan naast het Hiltonhotel. Wat een mensen, wat een drukte. Overvolle stranden, straten en restaurants. Maar wat vinden we Cartagena leuk!

 

 

Foto’s

3 Reacties

  1. raul hernandez:
    15 januari 2012
    hola amigos !!! les dejamos un saludo desde Riohacha aca tenemos el recuerdo de ustedes con la fotico que tomamos!!! en las playas de Mayapo..... un abrazo bendiciones..nos gustaria que estemos en contacto nuestro cel es 0057- 3008029205
  2. Jose J Melgarejo:
    15 januari 2012
    Hola un saludo de mi hermano en el cabo de la Vela.
  3. Julio Cesar Melgarejo C:
    21 januari 2012
    Hola amigos Holandeses, los saludamos Nathy, el niño Sebastian y Julio Cesar ( los de la toyota color gris en cabo de la vela y frontera con venezuela). Espero que hayan podido continuar su recorrido hacia Venezuela y que les haya gustado mucho Colombia. Espero que publiquen muchas fotos e historias para que otras personas se animen a realizar la hazaña que ustedes hacen. Eso es vivir la vida. Los felicito. Mucha suerte en el viaje.