Lagoinha

22 juli 2012 - Fortaleza, Brazilië

We volgen de kust en rijden naar het dorpje Préa. Hiervandaan is het nog 10 km naar het in heel Brazilië bekende en alleen over het strand of via een route door de duinen te bereiken dorp Jerycoacoara. Het gelijknamige strand staat in de top tien van Braziliaanse stranden. We blijven eerst maar eens een nacht in het vissersdorp Préa staan. Een plek direct aan het strand lukt het niet vanwege het diepe rulle zand maar in één van de straten erachter kunnen we prima kamperen. De nacht is een beetje onrustig vanwege de vele buggy’s en motoren die tot diep in de nacht in het dorp lijken rond te rijden. De volgende morgen horen we dat dit mensen zijn die in Jerycoacoara werken maar in Préa wonen. Na het werk  komen zij over het strand terug naar huis. We zijn nieuwsgierig geworden, pakken de motor en rijden nu zelf ook maar eens naar het beroemde dorp. Straten zijn er niet in Jery en het strand… ja… prachtig maar toch een beetje jammer van al die toeristen en mooie winkeltjes en vele restaurants en pousada’s. We hebben het snel gezien en de rit heen en weer over het strand is leuker. We zijn nog maar net terug in het dorp wanneer we  gezelschap krijgen van Arnim en Ulla, een jong Duits stel, ook bezig aan een rondreis door Zuid-Amerika. Ze rijden met een tot camper omgebouwde Volkswagenbus en ze houden én van windsurfen én van kajakken én van paragliden en hebben voor het gemak alles wat nodig is voor het beoefenen van deze sporten maar meegenomen. Het dak ligt afgeladen vol en ook binnen is er nauwelijks leefruimte over. Tja, je moet wat over hebben voor de sport.

Na een gezellige gezamenlijke avond in de vrachtwagen nemen we afscheid en volgen we de kustroute tot aan het dorp Lagoinha. Vanuit het centrum van het dorp loopt een steile weg naar beneden tot aan het strand. We vinden een prima kampeerplek aan een smalle boulevard en met uitzicht op het brede strand en de zee. De bedoeling is om één of twee dagen te blijven maar het loopt anders…we komen maar niet weg…..het zeewater is zo lekker warm, we kunnen zo lekker wandelen over het kilometerslange strand, de zon schijnt elke dag, de mensen zijn zo vriendelijk, het is zo heerlijk rustig ‘s nachts. Zo is er elke dag iets om weer wat langer te blijven. En voor we er erg in hebben staan we er bijna twee weken en voelen we ons aardig ‘thuis’ in Lagoinha. We hebben al een soort van dagelijkse routine; zwaaien naar de vuilnismannen en de straatverkopers, een praatje maken bij de bakker, een vers visje kopen, gegrild vlees aan een stokje kopen bij de buren op de boulevard, beetje door het dorp cruisen op de motor en lange strandwandelingen maken.

En natuurlijk zijn er van die gesprekjes;  met de man bijvoorbeeld die elke morgen het vuil van het strand prikt en elke middag zijn met schelpen versierde spiegels probeert te verkopen. Geen dag slaat hij over om te komen vragen hoe het met ons gaat. Er zijn ook veel jongens die proberen bij te verdienen met de verhuur van een quad of buggy of als gids. Ook zij komen elke dag wel even langs voor een praatje…met Peter en over de motor…. mooi zeg, die motor…wat is het voor merk...lekkere brede banden….en brede uitlaat….goed voor op het strand…wat kost ie…ik wil hem graag hebben.

Lagoinha is een traditioneel vissersdorp  en de boot waarmee wordt gevist heet een Jangada. Het is een klein platte boot, met één groot driehoekig zeil en waarop de vissers alleen kunnen staan . Elke morgen om vijf uur gaan ze de zee op om rond een uur of negen met de vis terug te keren. We horen dat er dit weekend een traditionele zeilwedstrijd (de 22 ste Regatta) wordt gehouden. Tachtig Jangada’s zullen er aan meedoen en men verwacht duizenden toeristen uit Fortaleza. We zien hoe er koortsachtig wordt gewerkt om de boten op orde te krijgen. Masten en zeilen worden vervangen, er wordt geverfd en dagenlang zien we auto’s en vrachtwagens over het strand voorraden aanvoeren, maar ook koelkasten, vrieskisten, stoelen, tafels en ga zo maar door. Één keer per jaar gebruiken de vissers reddingsvesten en dat is voor de wedstrijd. De eerste prijs is 5000 reais (2000 euro) en dat is voor veel Brazilianen bijna een jaarsalaris.

Tja, we kunnen nu niet gaan, dit moeten we echt nog even meemaken. De avond voorafgaand aan de wedstrijd is er feest op het dorpsplein. Ja...en …zet een paar honderd Brazilianen op een plein, een forro spelend bandje erbij en binnen vijf minuten heb je een swingende massa. Het zijn toch vooral die voeten ( in teenslippers) en losse heupen van de Brazilianen daar kan geen stijve Europees tegenaan dansen. En natuurlijk, we komen hem weer tegen..onze vuilnisprikker/spiegelverkoper. Nu staat hij met zijn kist van piepschuim, bier en kokosnoten te verkopen. We krijgen een hand en grote grijns, de zoveelste.

De dag van de wedstrijd komen er duizenden bezoekers op het strand. Er wordt veel gedronken, gegeten, gezongen en gedanst, het is weer feestje. Politie zie je hier nauwelijks en ondertussen zijn de Jangada’s op zee voor de wedstrijd van het jaar en morgen..is weer een héle gewone maandag en gaan we waarschijnlijk toch maar weer eens een stukje verder….

Foto’s

3 Reacties

  1. Ingrid:
    25 juli 2012
    Je neemt de lezer echt mee in jullie belevenissen. Zo leuk geschreven. Krijg echt zin om te gaan. Het genieten sprankelt er vanaf.
    Nog een weekje Curacao en dan onze eerste stapjes op het Zuid Amerikaanse continent.
    Groet,
    Ingrid
  2. Marc van der Jagt:
    27 juli 2012
    Beste beiden,

    Fascinerend! Hierbij verzoek ik jullie contact met mij op te nemen in verband met een reisserie, die ik - in elk geval in de zomervakantieperiode - wil plaatsen in het Witte Weekblad voor Lisse en Lisserbroek.

    Met vriendelijke groet,

    Marc van der Jagt
  3. Miriam:
    28 september 2012
    Hallo, ik lees in jullie blog dat de zon altijd scheen. Maar is het geen regenseizoen in die periode dan? Wij zitter erover te denken om volgend jaar te gaan en dan in dezelfde periode. Ik wacht op u bericht, groeten